De methode Van der Bijl (ook wel Utrechtse school genoemd) is bedacht door de nederlander G. Van der Bijl.
In deze behandelmethode wordt gebruik gemaakt van subtiele, zachte mobilisatietechnieken in zo veel mogelijk gewrichten van het lichaam. Er is dus helemaal geen sprake van manipuleren of rechtzetten.
Indien u klachten ondervindt, betekent dat dat binnen uw bewegingspatroon 'iets' is misgelopen. Dit wordt voor u nader onderzocht. Voor aanvang van de behandeling worden een aantal metingen uitgevoerd die voor u op het eerste zicht misschien niets met uw klachten te maken hebben, maar de therapeut wel een duidelijk inzicht geven in uw manier van bewegen. Door deze metingen nauwkeurig te analyseren kan er efficiënt worden behandeld.
Zo wordt bv. nagegaan of u links- of rechtshandig bent, wat uw dominante oog is en met welk been u tegen een bal trapt. Iedereen beweegt op zijn eigen individuele manier en krijgt hiervoor een aangepaste behandeling.
Door kleine subtiele correcties aan te brengen in alle gewrichten van het lichaam, kan uw gestoord bewegingspatroon worden hersteld. Indien alle gewrichten functioneren zoals ze dit behoren te doen, kunnen ze ook geen pijn meer veroorzaken. Ook spierproblemen die ontstaan door slecht functionerende gewrichten kunnen op deze manier adequaat worden aangepakt. Doorgaans wordt afgesproken dat u zich 3 à 4 keer laat behandelen met telkens een tussentijd van 10 tot 14 dagen. Al na enkele behandelingen moet een merkbare verbetering zijn opgetreden en wordt een evaluatie gemaakt.
14 dagen tussentijd lijkt misschien lang, maar dit geeft het lichaam de tijd om te wennen aan de nieuwe manier van bewegen. Door de extra verworven gewrichtsmobiliteit spreekt u weer gebieden aan van uw bewegingsstelsel die lange tijd niet meer werden benut. Hierdoor kan u de dag nadien wat extra hinder ondervinden. Dit is volledig normaal en deze napijn zal in korte tijd spontaan weer verdwijnen.
Neem gerust contact met mij op indien u nog verder inlichtingen wilt.